Publication

VS - Van handelsoorlog naar kapitaaloorlog

Macro economieVerenigde Staten

Rogier Quaedvlieg

Senior Econoom Verenigde Staten

De One Big Beautiful Bill bevat veel zorgwekkende aspecten die de schuldenlast verder doen toenemen, zonder dat er sprake is van een sterke economische impuls. Naast de belastingverlagingen bevat het ook een aantal voorstellen voor verschillende belastingen, zoals Sectie 899, die sterk lijken op kapitaalcontroles. Verschillende leden van de regering-Trump hebben zich positief uitgesproken over dergelijke controles. Net als invoerheffingen kunnen kapitaalcontroles het handelstekort verminderen, en net als invoerheffingen leiden ze tot stagflatie. In tegenstelling tot invoerheffingen verminderen kapitaalcontroles in theorie de waarde van de dollar.

De eerste maanden van de regering-Trump stonden in het teken van beleid gericht op het terugdringen van het handelstekort, voornamelijk door de invoering van invoerheffingen. Er bestaat echter een alternatieve benadering om de handelsbalans en de lopende rekening aan te pakken, die volgens de boekhoudkundige identiteit gelijk moeten zijn aan het financiële overschot. Door de instroom van buitenlands financieel kapitaal te beperken, kan het financiële overschot worden teruggedrongen. Als buitenlanders minder bereid zijn om het tekort op de lopende rekening van de VS te financieren, moet het tekort krimpen. Hoewel er nog geen expliciet beleid voor kapitaalcontroles is, kunnen elementen uit de “One Big Beautiful Bill” worden geïnterpreteerd en geïmplementeerd om dergelijke resultaten te bereiken.

Het concept van kapitaalcontroles circuleert binnen de kring van Trump. Het Miran-plan stelde een ‘gebruikersvergoeding’ voor houders van Amerikaanse staatsobligaties voor. American Compass, een denktank die nauw verbonden is met J.D. Vance, pleitte voor kapitaalcontroles in de vorm van een ‘markttoegangsheffing’. Hoewel de ontwikkelingen zich anders ontvouwen, heeft minister van Financiën Bessent eerder al erkend dat het onwaarschijnlijk is dat importheffingen kunnen worden ingevoerd zonder de dollar te versterken, ondanks het ogenschijnljke beleidsdoel om de dollar te verzwakken om het concurrentievermogen te vergroten. Een beleid via de financiële rekening zou de vraag naar de dollar verminderen, waardoor deze zou depreciëren en tegelijkertijd de handelsbalans zou verkleinen.

Sectie 899 van de Big Beautiful Bill stelt de Amerikaanse regering in staat om belastingen te heffen op particulieren en bedrijven uit landen met ‘discriminerende’ belastingstelsels. Volgens de Tax Foundation zijn landen met ‘oneerlijke belastingen’ goed voor ongeveer 80% van de buitenlandse investeringen in de VS. Tot op zekere hoogte beschikte de VS al over deze mogelijkheid op grond van sectie 891 van de huidige belastingwetgeving, die de belastingen voor burgers en bedrijven uit dergelijke landen kon verdubbelen. Een cruciaal verschil is de vrijstelling voor portefeuille-rente, waardoor de buitenlandse vraag mogelijk verschuift van andere buitenlandse investeringen naar staatsobligaties, wat het idee verder ondersteunt dat de regering actief streeft naar een versterking van de vraag naar staatsobligaties, waarover we al eerder hebben geschreven.

Een daling van de vraag naar andere Amerikaanse activa zou leiden tot hogere financieringskosten en een rem op de investeringen, waardoor de productiviteit en de trendmatige groei zouden afnemen. Hogere financieringskosten zouden ook de vraag naar import drukken, waardoor de handelsbalans zou verslechteren. Dit zou echter ook een negatief effect hebben op de vraag naar binnenlands geproduceerde goederen. De Federal Reserve zou mogelijk kunnen ingrijpen door de rente te verlagen. Dit zou de dollar verder onder druk zetten, waardoor import duurder zou worden en de handelsbalans opnieuw dichter bij balans zou komen. Ook als de Fed ingrijpt zou de VS in dit scenario met dezelfde beperkingen worden geconfronteerd als de regering-Trump nu al ondervindt: de Amerikaanse economie kan niet onmiddellijk alle goederen produceren die zij momenteel importeert. De enige oplossing is dat de VS minder consumeert.

De algemene impact op de economie zou niet positief zijn en de gevolgen voor de financiële markten zouden nog aanzienlijk erger kunnen zijn. We hebben eerder al geschreven over het risico dat de VS haar controle over het mondiale financiële stelsel in gevaar brengt. Deze reputatieschade is naar alle waarschijnlijkheid een belangrijke factor geweest achter de devaluatie van de dollar in de afgelopen maanden. Als buitenlandse beleggers nog meer vertrouwen verliezen in de VS als een betrouwbare investeringsbestemming – wat de invoering van kapitaalcontroles zeker zou doen – zou dat ernstige negatieve gevolgen hebben voor de dollar en de rendementen. Een gedeprecieerde dollar zou de inflatie doen stijgen en hogere rentes zouden investeringen verder belemmeren. Kortom, hoewel de kanalen verschillen van die van invoerheffingen, blijft het resultaat een stagflatoire schok.